Het Nederlands mediagebruik en de rol van papier

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) publiceerde onlangs het rapport Media:Tijd in beeld. Ongeveer 3000 deelnemers van 13 jaar en ouder namen deel aan het onderzoek. Welke rol vervult papier in het hedendaagse medialandschap?

Dat het lezen vanaf papier concurrentie ondervindt van talloze andere mediamiddelen behoeft geen betoog. We multitasken tussen radio, televisie, smartphone, tablet, pc en papier. Maar de rol van papier is daarmee nog niet bepaald uitgespeeld. Uit het onderzoek (PDF download) blijkt dat we per 24 uur maar liefst 7:22 uur met media bezig zijn, veelal gecombineerd met diverse andere activiteiten. Toch besteden we gemiddeld bijna 3 uur (2:52) aan zogenaamde 'media single tasking'. We blijken slechts ruim een uur bezig te zijn met gelijktijdig media gebruik, zoals bijvoorbeeld TV kijken, gecombineerd met tablet of smartphone gebruik of het doorbladeren van krant of tijdschrift.

Televisie

Al dan niet passief naar de TV kijken blijft één van de meest populaire media tijdbestedingen, daar gaat maar liefst 3 uur per dag mee gemoeid. Daarbinnen treden wel verschuivingen op, vooral in de tijdstippen. Het 'uitgesteld' kijken op TV of op smartphone/tablet/pc is voor ca. 13% van de bevolking een dagelijkse bezigheid van 2 uur. Maar het klassieke 'lineaire kijken' overheerst voorlopig nog alle andere cijfers.

Leestijd

Bovenstaande tabel weerspiegelt de gemiddelde leestijd rondom de bestaande papieren media. De tablet of smartphone wordt voor deze doelen door 4% van de bevolking gebruikt, de pc legt het af met 3%. De papieren krant wordt door 34% gelezen, gevolgd door boeken met 15% en tijdschriften 10%. Het bezit van e-readers voor dit doel blijkt minimaal te zijn, maar diegenen die een e-reader bezitten besteden er wel veel tijd aan. Wel neemt het gebruik toe van nieuwsapps zoals NU.nl en NOS op smartphones.

Verder onderzoek

Het rapport geeft verder nog cijfers over het radiogebruik, maar ook verschillen in jong en oud en het opleidingsniveau in relatie tot het media gebruik. Hoogopgeleiden zijn sneller met de acceptatie van nieuwe mediakanalen. Daarnaast besteden vooral jongeren veel tijd aan zogenaamde gemedieerde communicatie (berichten uitwisselen in zowel één-op-één kanalen als via sociale netwerken).